Publicatiedatum: 25 juni 2024
Heeft u wel eens geneesmiddelen voorgeschreven gekregen, waarvan u onverwachte bijwerkingen had of waar u gewoon helemaal niets aan had? Zo ja, u bent niet de enige. “Elk mens heeft een unieke genetische code (DNA). Door de verschillen in het DNA kan de ene persoon meer bijwerkingen van een geneesmiddel ervaren dan de andere, of kan een geneesmiddel soms minder goed werken”, vertelt Rik Ensing poliklinisch apotheker bij apotheek De Brug.
Rik vervolgt: “Met een farmacogenetica test, onderzoeken we bepaalde genen van een patiënt om in te schatten hoe het lichaam voorgeschreven geneesmiddelen afbreekt. Op basis hiervan kunnen apotheker en huisarts bepalen welke geneesmiddelen en doseringen voor de patiënt veilig en effectief zijn. Deze informatie komt in het DNA-paspoort”.
Hoe werkt het?
Rik: “De apothekers van alle gezondheidscentra kunnen een selectie maken uit hun systeem waarmee mensen kunnen worden uitgenodigd of geattendeerd op het DNA-paspoort. Natuurlijk kunnen mensen zichzelf ook melden bij de apotheken voor deze service. Het DNA-paspoort is met name interessant voor mensen die al geneesmiddelen gebruiken (bij chronische ziekten), maar het kunnen ook mensen zijn die gaan starten met geneesmiddelen en willen weten wat het risico op bijwerkingen zijn of hoe effectief een geneesmiddel is”. Na het aanvragen van een DNA-paspoort bij externe partij PanGenix, ontvangt de patiënt een DNA speekselkit waarmee speeksel kan worden verzameld. Na speekselafname stuurt de patiënt dit retour waarna er een analyse van het speeksel plaatsvindt. Vier weken later ontvangt de patiënt een uitgebreide uitslag waarna er een fysiek of online gesprek plaats vindt voor uitleg over de testresultaten in relatie tot geneesmiddelengebruik.
Bron: Academie Nieuwe Zorg