Publicatiedatum: 15 april 2025

Huisarts Otto Maarsingh is voorvechter en onderzoeker van continuïteit van zorg. Dat betekent op persoonlijk niveau: een vaste hulpverlener die de patiënt kent en volgt. Continuïteit verbetert gezondheid, tevredenheid, werkvreugde en verlaagt kosten, blijkt uit onderzoek.
Huisarts en onderzoeker Otto Maarsingh is voorvechter van continuïteit in de zorg, want een duurzame band met een huisarts die jou goed kent, levert betere zorg op. Het is een ‘indrukwekkend geneeskrachtig medicijn’, zegt Maarsingh. Niet alleen voor de patiënt, ook voor de zorgverlener.

Elke week voelt huisarts Otto Maarsingh wel een keer de pijn. Er is frictie tussen de behoeften van zijn patiënten en zijn activiteiten als hoogleraar aan de VU Amsterdam. Maarsingh praktiseert nog een kwart van de tijd, zijn patiënten vinden dat hij er zo weinig is. En ja, dat is niet gewoon jammer, dat doet echt pijn.
Dan te bedenken dat Maarsingh hoogleraar is in ‘huisartsgeneeskunde, in het bijzonder continuïteit van zorg’. Een van zijn patiënten heeft momenteel extra zorg nodig, die belt hij dagelijks. Continu zorg bieden is hard werken, lacht Maarsingh (54) in zijn werkkamer op het Amsterdam UMC in Amsterdam-Zuidoost. ‘Al die ballen in de lucht houden, het is een voortdurende oefening in het verdragen van suboptimaliteit. Je schiet altijd ergens tekort.’ Maarsingh sprak vorige maand zijn oratie uit, vol optimisme over de toekomst. Duidelijk is dat de zoon en kleinzoon van huisartsen in het Groningse Muntendam veel van zijn vak houdt. Hij ziet ruimschoots mogelijkheden om de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid te verbeteren, en tegelijkertijd het werkplezier van de dokter zeker te
stellen.
Betere zorg met een duurzame band
Dat is niet zo vanzelfsprekend, gezien het recente nieuws over de huisartsenzorg. Er was bijvoorbeeld de chaotische deconfiture van de keten Co-Med. Vorige week nog onderstreepte de Algemene Rekenkamer het bestaan van een serieus tekort. Praktijkhouders vinden moeilijk opvolgers, en de opleidingen zijn onderbezet. Huisartsen krijgen steeds meer taken op hun bordje geschoven en komen handen en tijd tekort. Deze en andere invloeden maken het lastig om patiënten te kennen en gedurende hun leven te volgen. En daar, in die zogenoemde continuïteit, zit nu juist de kracht van de huisartsenzorg. Intuïtief is het wel te begrijpen: een duurzame band met een huisarts die je goed kent, levert betere zorg op. Continuïteit is ook al sinds 1959 één van de zogeheten kernwaarden van de huisartsenzorg, en in de vorige week gepubliceerde toekomstvisie van de beroepsvereniging is het de ‘rode draad’

Bron: Academie Nieuwe Zorg